AI in de Europese gezondheidszorg: belofte en gevaar

7

Europa integreert snel kunstmatige intelligentie (AI) in zijn gezondheidszorgsystemen, maar een nieuw rapport van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) waarschuwt dat de bescherming van patiënten gevaarlijk achterblijft**. Hoewel AI het potentieel biedt voor verbeterde zorg en minder druk op medische professionals, verloopt de wijdverbreide inzet ervan zonder adequate waarborgen, wat ernstige zorgen doet rijzen over gelijkheid, nauwkeurigheid en verantwoordelijkheid.

Ongelijkmatige adoptie en financiering in heel Europa

De WHO-analyse, die vijftig landen in Europa en Centraal-Azië bestrijkt, onthult een gefragmenteerde aanpak van AI in de gezondheidszorg. De helft van de ondervraagde landen gebruikt al AI-chatbots voor patiëntinteracties, terwijl 32 landen AI-aangedreven diagnostische hulpmiddelen inzetten, vooral op gebieden als medische beeldvorming. Toepassingen variëren van vroege ziektedetectie (Spanje) tot training van personeel (Finland) en data-analyse (Estland).

Slechts veertien landen hebben echter specifieke financiering voor hun AI-gezondheidszorginitiatieven, en slechts vier – Andorra, Finland, Slowakije en Zweden – beschikken over alomvattende nationale strategieën. Deze ongelijkheid onderstreept een cruciale kloof: enthousiasme voor de implementatie van AI zonder een duidelijke routekaart voor verantwoorde integratie.

De risico’s: vooringenomenheid, fouten en verantwoordelijkheid

Het WHO-rapport benadrukt de inherente risico’s van AI in de gezondheidszorg. Deze tools zijn afhankelijk van enorme datasets, die gebrekkig, bevooroordeeld of onvolledig kunnen zijn. Bijgevolg kunnen AI-gestuurde beslissingen bestaande verschillen op gezondheidsgebied in stand houden of zelfs leiden tot medische fouten, zoals gemiste diagnoses of ongepaste behandelingen.

Een belangrijke vraag blijft onbeantwoord: wie is verantwoordelijk als een AI-systeem een ​​fout maakt? Het gebrek aan duidelijke verantwoordelijkheid kan het vertrouwen van het publiek aantasten en gezondheidswerkers ervan weerhouden deze technologieën te adopteren.

WHO-aanbevelingen: een oproep tot voorzichtigheid en duidelijkheid

Om deze risico’s te beperken dringt de WHO er bij de Europese landen op aan om prioriteit te geven aan volksgezondheidsdoelstellingen, te investeren in AI-geletterdheid voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg, en krachtige ethische en juridische richtlijnen op te stellen. Transparantie is cruciaal: patiënten verdienen het om te weten wanneer en hoe AI in hun zorg wordt gebruikt.

“AI staat op het punt een revolutie teweeg te brengen in de gezondheidszorg, maar de belofte ervan zal alleen worden waargemaakt als mensen en patiënten centraal blijven staan ​​bij elke beslissing”, waarschuwt dr. Hans Kluge, hoofd van het Europese kantoor van de WHO.

De WHO benadrukt ook de noodzaak van rigoureuze tests om ervoor te zorgen dat AI-systemen veilig, eerlijk en effectief zijn in de praktijk voordat ze bij patiënten worden ingezet.

Het huidige gebrek aan gestandaardiseerd toezicht kan volgens dr. David Novillo Ortiz van de WHO al voor aarzeling zorgen onder gezondheidswerkers. Zonder proactieve maatregelen kan het potentieel van AI om de gezondheidszorg te verbeteren overschaduwd worden door de risico’s ervan.

Het rapport dient als een duidelijke herinnering dat technologische vooruitgang gepaard moet gaan met verantwoordelijk bestuur om eerlijke en veilige gezondheidszorg voor iedereen te garanderen.